top of page

pedagogisch beleid

Bij gastouderopvang Huisjeinhetgroen biedt ik kleinschalige, professionele kinderopvang. Hierbij laat ik mij inspireren door het antroposofisch- en wereldbeeld van filosoof Rudolf Steiner. Centraal daarin staat de eigenheid van ieder kind en het belang van de ontwikkeling van de mens.


Het kind komt naar aarde met zijn eigen talenten, klaar om zijn eigen weg te bewandelen, om te leren, te ontdekken, te geven en te groeien maar ook de wereld te laten groeien. De antroposofie gaat er van uit dat het kind alles in zich heeft om deze reis te gaan maken, wij als volwassenen hoeven alleen maar de juiste voorwaarden te scheppen afgestemd op de wensen en vermogens van het kind.

 

Kinderen die overweldigd worden door een voor hen te complexe, te drukke en te snelle grote-mensen-wereld, hebben al hun energie nodig, om lichamelijk en psychisch overeind te blijven. Kleine kinderen hebben een volwassene nodig die hun lichamelijk welzijn goed verzorgd en hun wereld klein, overzichtelijk, voorspelbaar en veilig maakt, zodat zij voldoende energie overhouden voor hun eigen ontwikkeltaak.

 

In de eerste 7 jaar gaat het vooral om het baas worden in eigen lichaam, de levensprocessen en de motoriek.

Uitgaande van de antroposofische visie geef ik binnen mijn opvang invulling aan de vier wettelijk vereiste pedagogische basisdoelen van Marianne Riksen Walraven:

Bloemen Decoraties

1. Het bieden van fysieke en emotionele veiligheid

Een kind wat zich ontspannen en veilig voelt kan zich optimaal ontwikkelen. Een kind dat zich niet veilig voelt trekt zich terug in zijn schulp, durft niet te ontdekken en maakt moeilijk (nieuw) contact. De leefomgeving moet veilig en schoon zijn. Daar hoort ook bij dat er gezonde voeding en voldoende beweging aangeboden wordt. Als gastouder hernieuw ik iedere 2 jaar mijn EHBO voor kinderen certificaat zodat ik weet hoe te handelen mocht er onverhoopt iets gebeuren.

Ik biedt kinderen emotionele veiligheid door:

 

  • respectvol om te gaan met mens, dier en omgeving

  • door de dag vele warme en fijne momenten samen te creëren

  • te zorgen voor duidelijkheid en structuur

  • een herkenbaar dagritme te volgen

  • samen de seizoenen te beleven en de jaarfeesten te vieren

  • openstaan voor feedback en eigen handelen

  • in goed contact met de ouders te staan
     

De de gastouderopvang heeft de warme sfeer van die van het gezin. Samen met de kinderen zorgen we dat het in huis mooi en gezellig is. Samen verzorgen we het eten, we kneden samen het deeg voor onze broodjes en snijden we het fruit.

We zingen samen vele liedjes, noemen spreuken en luisteren we naar verhalen. Na het spelen ruimen we op zodat we de volgende keer weer fris kunnen beginnen. Zo komen we samen fijn en met plezier door de dag.

Als gastouder ben je een voorbeeld voor de kinderen. Zij leren van wat ik doe. Daarom is bewustzijn over eigen handelen en de kracht van voorleven onmisbaar en een vereiste in de omgang met kinderen. Het goede voorbeeld geven en kinderen waar nodig is helpen. Het helpt het kind om zich het leven eigen te maken.

Voor kinderen tot 7 jaar is het vooral belangrijk te weten dat het leven goed is. Door een dagritme te volgen met een duidelijke structuur weet een kind wat het kan verwachten en waar het aan toe is. De dag wordt ingedeeld met vaste eet- speel en rustmomenten. Liedjes, spreuken en rituelen helpen om een fijne stroom in de dag te krijgen.

Naast het dagelijkse ritme vieren we de jaarfeesten als: Pasen, Pinksteren, Sint Jan, het Michaëlsfeest, Sint Maarten, Advent, Sinterklaas en Kerstmis. Zij breken het jaar op in kortere stukjes en zijn leidend in de activiteiten met de kinderen.

Emotionele veiligheid biedt je door er met aandacht te zijn voor het kind als het je nodig heeft. Zij mogen binnen de voor hun geschepte kaders op ontdekking gaan. Daarbij ben ik daar waar nodig hun back-up en steun. Dit geldt voor al het pedagogisch handelen.

Door liefdevolle begrenzing maak je de wereld behapbaar voor een kind. Het krijgt de kans om grenzen te ervaren, ze te onderzoeken, frustratie te ervaren en te voelen dat vaste afspraken en regels ook veiligheid en ontwikkeling kunnen bieden.

Als een kind in een situatie komt waarin het nog niet zo goed zijn weg weet te vinden ben ik er om het te helpen. Aansluitend bij wat een kind op dat moment het hardste nodig heeft biedt je: troost, geruststelling, sturing, hulp of wat aanmoediging.

Jaarlijks volg ik meerdere bijeenkomsten bij gastouderbureau Drakepit en doe ik mee in een intervisiegroep. Een van de onderdelen die daar aan bod komen is het kijken naar en aan de slag gaan met je eigen schaduwkanten. Ook dit ondersteunt kinderen in hun emotionele veiligheid.

Meisje knuffelen teddybeer

2. Het bevorderen van persoonlijke competenties van kinderen

Het bevorderen van de persoonlijke competenties van het kind doe ik vanuit het antroposofisch mensbeeld en door:
 

  • stil te staan bij de ontwikkelfase van het kind

  • kinderen te stimuleren en positief te bevestigen

  • een ruimte te creëren waarin een kind makkelijk zelf de weg kan vinden

  • uitnodigende speelmaterialen aan te bieden, gemaakt van natuurlijke materialen

  • het kind beeldende taal aan te reiken

  • overprikkeling te voorkomen

  • aandacht te schenken aan rust


Vanuit het antroposofisch mensbeeld bestaan mensen uit drie delen lichaam, ziel en geest. Een kind komt op deze wereld met veel potentie in zich. Het is op weg in zijn eigen reis. Het is als begeleider niet onze taak om het kind te kneden en te vormen naar onze wensen maar het kind te ondersteunen in dat wat er in aanleg al inzit.

Bij het bevorderen van de persoonlijke competenties kijk je zowel naar de ontwikkeling van de eigen persoonlijkheid als naar de ontwikkeling van hun talenten. Belangrijk hierin is de verwerving van de zelfstandigheid en zelfvertrouwen, de ontwikkeling van veerkracht en flexibiliteit en het leren omgaan met tegenslag en frustratie. Kinderen mogen op eigen tempo en eigen wijze dit leerproces doorlopen.

Daarnaast worden kinderen spelenderwijs uitgedaagd in de ontwikkeling van hun motorische vaardigheden, cognitieve vaardigheden, taalvaardigheden en creatieve vaardigheden.

Fysieke ontwikkeling

Tussen 0 en 6 a 7 jaar staat de lichamelijke ontwikkeling van een kind centraal: de groei en de motoriek. Door veel te spelen en te bewegen, door een regelmatige dag-indeling en door liedjes en een opgewekte sfeer wordt het kind ‘baas in eigen lichaam’.

Een kind dat zich goed ontwikkeld komt eerst in het lijf en gaat dan de wereld in. Het fysieke lichaam vormt de basis voor het tot bloei komen van de eigen individualiteit waarmee een kind later zijn of haar waardevolle bijdrage aan de wereld kan leveren. De ruimte en de speelmaterialen bij Huisje in het groen bieden de mogelijkheid om de motorische vaardigheden van een kind te ontwikkelen en echt thuis te komen in het eigen lichaam.

Zintuigelijke ontwikkeling


Kleine kinderen staan nog heel erg open voor de wereld om hun heen en gaan helemaal op in hun zintuigelijke indrukken. Als gastouder ben ik me bewust van deze openheid en zorg ik ervoor dat kinderen niet overspoeld worden door teveel prikkels en daardoor uitgeput raken. Een rustige prikkelarme omgeving met zachte rustige kleuren en het gebruik van natuurlijke materialen als wol, katoen en hout is daarin een gedoe basis.

Ook in voeding worden bewuste keuzes gemaakt. Er wordt zo veel mogelijk gebruik gemaakt van biologische producten waar geen kunstmatige stoffen aan zijn toegevoegd. Ook wordt het suikergebruik beperkt, omdat suiker in smaak overheerst; ik geef de voorkeur aan honing of ahornsiroop als zoetstof.

Door op vaste momenten in de dag het vrije spel af te wisselen met momenten van samenkomen aan tafel, boekjes lezen en uit te rusten kunnen kinderen even los komen van alle prikkels, even bijkomen en weer opladen. Na inademen komt uitademen. Het kind krijgt ruimte om opgedane indrukken te verwerken waardoor er weer ruimte staat voor nieuwe ontdekkingen.

Creativiteit

Het speelgoed wat de kinderen tot hun beschikking hebben laat veel ruimte over voor eigen creativiteit en invulling. Neutraal gekleurde blokken kunnen het ene moment een auto zijn, het volgende moment een huis. Een pop waarvan de gezichtsuitdrukking niet heel duidelijk is laat ruimte voor de eigen emotie van een kind. Gekleurde speeldoeken kunnen landschappen voorstellen, worden gedragen als mantel maar ook het dak van een hut vormen.

Met de kinderen die daar aan toe zijn, wordt geknutseld met materiaal uit de natuur dat aansluit bij het seizoen. Ook kan er worden geschilderd of getekend, waarbij ‘het doen’ en niet ‘het resultaat’ centraal staat. Er wordt echter wel met respect omgesprongen met de creaties van de kinderen.

Individuele benadering

Kinderen kunnen bij mij hun eigen tempo bepalen. Ik sluit me bij hun proces aan door materiaal of hulp aan te bieden wanneer dat nodig is. Om te zien wat een kind nodig heeft is ‘objectieve waarneming’ een belangrijk element.

Kan een kind bijv. vanuit de veiligheid van terugkerend spel uiteindelijk zelf de vervolgstap gaan maken of raakt het gevangen in bepaalde spelpatronen. Het verschil herkennen is soms moeilijk maar wel belangrijk.

Daar waar hardnekkige eenzijdigheden ontstaan en ik ervaar dat een kind vast zit in een bepaalde patroon zal ik proberen het kind te helpen weer een goede balans te vinden.

bladeren

3. Het bevorderen van de sociale interacties van kinderen

Bij Huisje in het groen krijgen kinderen de gelegenheid om hun sociale competenties te ontwikkelen. Ze leren in verschillende situaties met elkaar om te gaan en rekening met elkaar te houden maar ook ruimte voor zichzelf in te nemen. Ik help ze door momenten van samenzijn aan te bieden, te ondersteunen in het opbouwen van relaties en te helpen als het bots.

Passend bij de leeftijd leren ze wat voor invloed hun gedrag op de ander heeft. Samen zijn lijdt soms ook tot ruzie wat we ook weer proberen op te lossen. Daar waar mogelijk is doen ze dat zelf of anders met een beetje hulp. Ze mogen leren de gevoelens van de ander maar ook die van hunzelf te benoemen. Zo oefenen ze met het zich in een ander te verplaatsen. In het samen zijn leren de kinderen samenwerken, op elkaar wachten, naar elkaar luisteren en waardering te tonen en voor elkaar te zorgen.

De gezamenlijke momenten worden met zoveel mogelijk liefde en aandacht verzorgd. De liedjes, de spreuken en de rituelen geven het geheel kleur. Er staat een bloemetje of een kaarsje op tafel, de seizoenstafel is goed verzorgd en de kinderen zijn betrokken bij de bereiding van het eten. Dit verhoogt het plezier van het samenzijn.

De voorbereidingen en het vieren van de jaarfeesten versterken het gevoel van gemeenschap en schept verbinding. Kinderen krijgen het gevoel onderdeel te zijn van het grote geheel. Dit geheel dat hun en vormt een veilige basis voor het vinden van je eigen geluid, het ontdekken van je eigen weg en het ontwikkelen van je eigen individualiteit. Zo krijgt ieder kind de kans zichzelf te leren kennen, aan de ander.

Springen in Puddles

4. Socialisatie door overdracht van waarden en normen

Een kind moet de kans krijgen om de normen en waarden te leren kennen van de samenleving waar zijn onderdeel van zijn. Als volwassenen leven we voor hoe we met respect met elkaar omgaan.

Voorleven van normen en waarden

Voorleven is belangrijk in de overdracht van normen en waarden. Meer dan het aanleren ervan. Oftewel: Het voorbeeld werkt vaak sterker dan corrigeren. Het eigen gedrag van een (gast)ouder is van essentieel belang. Als dit goed is zal het identificatieproces goed op gang komen. Peuter en kleuters hebben van nature de drang tot nabootsing in zich en werkt hierin dus ook positief uit op het kind.

Het gaat bij het broodjes bakken bijvoorbeeld niet alleen om de activiteit zelf, maar het gaat er ook om dat de kinderen merken dat ik plezier beleef, respect heb voor het werk van de boer en de molenaar en het bakken van de broodjes met de kinderen serieus neem.

Aandachtig en waarachtig zijn in ons handelen

Bij mij thuis is de zorg voor de kinderen, elkaar, de dieren, de ruimte, de planten, maar ook de wereld buiten belangrijk. Door steeds te proberen aandachtig te zijn in je handelen, breng je de zorg voor het leven en de omgeving over op de kinderen.

‘Waarachtig’ zijn in ons doen en laten is van groot belang voor de morele ontwikkeling van kinderen. Zeker gezien de drang tot nabootsing bij kleine kinderen. Wkaliteit en echtheid zijn hoerdoor van levensbelang. Binnen de antroposofische kinderopvang trekken we dit door in de voeding die wij nemen en de materialen die we gebruiken. Geen kunstmatige toevoegingen, maar eerlijke en volle voeding. Voor het eten zeggen we een spreuk. Het eten is iets kostbaars waar we niet mee spelen of verspillen.

 

Speelgoed van natuurlijke materialen: Een houten blok is net zo zwaar als het eruit ziet en een met wol gevulde pop wordt lekker warm als je haar een tijdje tegen je aan hebt. De zintuigen worden niet voor de gek gehouden en doen ware, echte ervaringen op. Speelgoed proberen we eerst te repareren voordat we het weggooien en vervangen.

 
Normen en waarden hanteren passend bij het individuele kind

 

Normen en waarde moeten gerelateerd worden aan de leeftijd van een kind. We hechten waarde aan het kunnen delen met anderen maar een kind van 2 is nog volop bezig met het ontwikkelen van de eigen individualiteit en wil in dat proces niet delen. Door dat als (gast)ouder te respecteren zal een kind uiteindelijk vanzelf meer inlevingsvermogen ontwikkelen en wanneer het er klaar voor is (meestal vanaf een jaar of 6) uit zich zelf gaan delen met anderen.

Tenslotte moeten normen en waarden gerelateerd worden aan het individuele kind. Waar het ene kind juist mag leren om zich wat in te houden en ruimte over te laten voor een ander, mag het andere kind gestimuleerd worden om juist vaker de ruimte in te nemen en op de voorgrond te treden.

Duidelijkheid en consequent zijn in je normen en waarden en tegelijkertijd een frisse open blik houden en kunnen afstemmen op de behoeften en ontwikkelingsfase waarin het kind zich bevind is de dunne lijn waar je als gastouder continue op balanceert.

bottom of page